De zeven niveaus van Vrede
Inleiding
“Om vrij te lopen heb je techniek nodig” zei Johan Cruijff ooit. Dit is van toepassing op ‘vrij blijven in vrede’.
Om in elke situatie die we tegenkomen innerlijk in vrede te blijven, hebben we techniek nodig. Die techniek om innerlijk ‘vrij te lopen’ (én te blijven) doe je op door te oefenen. Dit is belangrijk, want als we met tegenstand of agressie te maken krijgen volstaat een vredelievende mindset vaak niet om onze innerlijke vrede te behouden. Dan blijkt dat we praktische ervaring ontberen die ons doet ‘vrijlopen’ en blijven we op de automatische piloot niet vredevol reageren. We raken die zo gewenste vrede en verdraagzaamheid kwijt. Als we ons dan maar uit onvermogen een ‘vreedzame pokerface’ aanmeten, drijft dit ons nog verder weg van vrede en leidt tot verlies van verbinding met anderen. Het is belangrijk om ons hiervan bewust te worden en ons te trainen in vredevol vrij zijn, wie of wat we ook tegenkomen. Hiervoor bestaan vele oefeningen.
De hoop van de mensheid is de transformatie van het individu
Jiddu Krishnamurti
Shanti, shanti, shantih
Shanti is het Sanskriet voor Vrede. In zowel het hindoeïsme als boeddhisme worden recitaties en beoefeningen vaak afgesloten met de oer-mantra Om, gevolgd door driemaal shanti, waarvan de laatste aan het eind wordt geaspireerd. Dit wordt officieel getranscribeerd als Ōm, śānti, śānti, śāntiḥ. Deze drievoud affirmeert vrede van lichaam, geest en ziel en ondersteunt ons om een duurzamere innerlijke vrede te realiseren, zeker als dit in enige devotie wordt geuit. Elke spirituele stroming richt zich hierop, want in werkelijke vrede bestaat geen dualiteit. Hoe meer mensen innerlijke vrede realiseren, hoe eerder er maatschappelijke vrede zal kunnen ontstaan. Onze innerlijke vredesweg plaveit namelijk de vredesweg buiten.
In het Sanskriet hebben woorden vaak een uitgebreide en gelaagde betekenis. Shanti (शान्ति) betekent dus meer dan alleen het vrede dat wij kennen en meer dan de afwezigheid van conflict. Shanti is afgeleid van de wortel ‘sham’ (शम्), de kern waaruit meerdere woorden ontstaan over rust, harmonie en vrede. Sham heeft vele betekenissen, en lijkt een beetje op het Engelse ‘release’. Sham aangevuld met achtervoegsel ‘ti’ vormt het vrouwelijke woord shanti, met vele gelaagdheden. Hieraan kan ook een visarga zijn toegevoegd die de uitspraak aan het eind aspireert. Dit wil zeggen dat je na de klinker ‘i’ eindigt met een korte uitademende ‘h’. Dit kan symbolisch worden opgevat als uitademing van spanning, waardoor ruimte ontstaat voor vrede en sereniteit. In transcriptie wordt dit als een ‘ḥ’ geschreven en in het Sanskriet met een dubbele punt (शान्ति:). In de transcriptie wordt met een streepje boven de klinker aangegeven als de uitspraak ervan iets langer moet duren, zoals hier bij Ōm en śānti, en het accent op de ‘s’ maakt het tot ‘sh’.
Niveau’s van betekenis
Shanti affirmeert positieve rust en vrede op zeven niveaus van het bestaan. Het is gezamenlijk een vredes-octaaf :
- Op fysiek niveau omvat shanti gezondheid, welzijn en harmonie met de materiële wereld, dus ook met ons eigen lichaam. Niets wordt fysiek letsel toegebracht.
- Op emo-mentaal niveau betreft het een innerlijk kalmeren, waardoor onze geest verstilt en stress oplost. Nooit wordt geestelijk letsel toegebracht aan jezelf en anderen.
- Sociaal impliceert shanti vrede in relaties. Het vermogen tot vreedzaam samenleven, in begrip en mededogen, ook als het tegenzit.
- Op spiritueel niveau overstijgt het ons als individu en realiseert het een ervaren van verbondenheid met ‘de wereld zoals ie is’, ook als deze als moeilijk wordt ervaren.
- Shanti impliceert vanzelfsprekend politieke vrede, regionaal, landelijk en internationaal, en hierin is elke oorlogshandeling uitgesloten.
- Verder impliceert shanti vanzelfsprekend eenheid met de natuur, in een vredevol respect voor elk element daarin.
- Als laatste staat shanti voor goddelijke vrede: een vrede die voortkomt uit zelfrealisatie en versmelting door, met en in het goddelijke. Het betekent het overstijgen van elke dualiteit en het ervaren van de diepste eenheid van het bestaan: dan ervaren we eenheid achter elke verscheidenheid en bestendigheid binnen elke verandering.
Kortom, het steeds opnieuw herhalen van de mantra ‘Om, shanti, shanti, shantih’ bekrachtigt onze intense wens voor vrede op al deze niveaus, van het aards-fysieke tot het hoogst spirituele. Het is echter niet genoeg om het hierbij te laten.
Naast de intense wens om ‘te vrede’ te zijn, is het belangrijk om alles in onszelf wat vrede in de weg staat liefdevol achter te laten. Het is ons helaas aangeleerd om ons te identificeren met vele dingen en denkmechanismen die een natuurlijke vrede blokkeren, zonder dat we dit merken. Eigenlijk is het ons zelfs afgeleerd om stil en wakker-bewust te blijven vanuit ons oorspronkelijke zuivere kind-zijn. Aannames, neigingen en conditioneringen die we door verkeerde voorbeelden of pijnlijke ervaringen hebben opgedaan (en die ons oppositie doen ervaren), kunnen we overstijgen door oefening, door bewuste inspanning in ontspanning, in toegewijde overgave. Hiervoor bestaan oefeningen voor hoofd, hart en en lichaam die deze met elkaar in verbinding brengen, die dagelijks kunnen worden gepraktiseerd en die we kunnen afsluiten met Om, shanti, shanti, shantih. Er is dus nog veel innerlijk werk aan de winkel, want als we zien wat mensen elkaar in onbewustheid en in onvrede aandoen op deze wereld…
Addendum
In Indiase muziek kan de bas-tabla (de bayan) deze Shanti-triniteit weergeven door aan het eind van een stuk driemaal een bastoon te slaan. De magnifieke tabla-speelster van het orkest dat Amma (Mata Amritananda Mayi) gedurende haar tournees begeleidde, beëindigde hiermee steevast elke bhajan. In Indiase klassieke muziek hebben meerdere ritmische patronen namelijk een spirituele betekenis. De drie bayan-slagen symboliseren als afsluiting dus harmonie, vrede en stilte (zowel voor uitvoerder als luisteraar), zoals de woorden shanti, shanti, shantih dit doen aan het einde van handelingen en recitaties. Ze bevestigen de heilige drie-eenheid in alles.
Ōm, śānti, śānti, śāntiḥ
.
Bovenstaande tekst werd als column gepubliceerd in tijdschrift InZicht, themanummer ‘Vrede’
(Februari 2024 – jaargang 26-1 – Tekst is enigszins aangepast)
.