Onderstaand (aangepaste) artikel werd eerder gepubliceerd in het tijdschrift Lychnari, Verkenningen in het Griekenland van nu.
Het is een tekstinterpretatie van het beroemde Griekse lied ‘To Pepromèno’ (‘Het Lot’).
Tekst en muziek zijn van de in 2015 overleden Vasilis Dimitríou en het nummer werd geschreven voor de televisieserie Vammena Kokkina Mallia (uit 1992: 37 afleveringen), naar een roman van Kostas Mourselás over het wel en wee van vele personages over een aantal generaties. Gezongen door de beroemde zanger Giorgos Dalaras.
Beluister hier het nummer
Als je me vraagt ‘wat vind jij het allermooiste Griekse nummer?’ dan kan ik dat niet beantwoorden. Er is zo ongelooflijk veel mooie Griekse muziek. Wel staan er nummers hoog op mijn favorietenlijst, omdat ze me raken, hoe vaak ik ze ook hoor of speel. Zo is er een echte uitblinker, in het karakteristieke chasapiko-ritme, met een tekst van welhaast bijbelse proportie: To Pepromeno (Το Πεπρωμένο – Het Lot).
Het lied
De tekst is veelzeggend en voor meerdere uitleg vatbaar. Hier twee interpretaties die het voor mij tot een groots nummer maken. Mogelijk heeft de tekst in de televisieserie een andere lading, maar ja, zoals bij alle kunst en poëzie: de eigen interpretatie maakt het voor onze innerlijke beleving waardevol en andere vormen van waardering zijn eigenlijk bijzaak. (Voorbeeldje: de zonnebloemen van Van Gogh hebben voor mij persoonlijk geen waarde, hoe mooi iemand anders dit schilderij ook vindt en hoeveel historische of financiële waarde men er ook aan toekent.)
Het Lot
Veronachtzaam niet jouw lot
en hou je levensloop goed in het oog
want terwijl jij slaapt, schrijft een ander geschiedenis
en zet jouw leven op het spel
Voor ons allemaal staat geschreven
wat is voorbeschikt en ons niet kan ontgaan
Daarvoor bestaat geen theorie, geen trein, geen schip
Eenieder worstelt ermee naar beste kunnen en weten
Als kind al droomde ik van vuren
Voor de liefde geef je altijd te weinig
en bedenk wel dat je er niks voor terugkrijgt
Geef het en ga weg, en laat geen kans liggen
Zet je ziel niet aan de kant (ga niet aan je ziel voorbij)
In de wereld
Op verzoek van EenVandaag speelde mijn orkest Ano Kato in 2011 To Pepromèno in een item over de Griekse crisis. ‘Waarom betalen voor een land dat er een potje van maakt?’ was de inleiding van Pieter Jan Hagens. Ik koos dit nummer als tegenwicht voor de halfbakken (des)informatie die toen in de media werd uitgevent.
Griekenland, dat hunkerend naar hoge leningen zijn levensloop veronachtzaamde en zijn lot in bankenhanden legde om in de Eurozone te kunnen treden, ‘sliep’. De bankenwereld, die vervolgens zelf de crisis veroorzaakte, ‘schreef hiermee geschiedenis’ en zette ‘Griekenlands leven op het spel’ (en dat van andere landen). Het is dus zinnig om ‘wakker’ te worden om misleiding en machtsmisbruik tijdig te doorzien. Het lot van de Griekse bevolking ‘was voorbeschikt’, ‘kon haar niet ontgaan’ en zij ‘worstelt ermee naar beste weten en kunnen’. Van deze worsteling was heel Europa lange tijd dagelijks getuige. En nu nog steeds zijn de minstbedeelden ernstig de dupe van de politieke veronachtzaming van Griekenlands lot.
‘Voor de liefde geven we altijd te weinig’, dat is in tijden van crisis zeer merkbaar. De hulp aan Griekenland behelsde in feite een reddingsoperatie van de Noord-Europese bankenwereld en de glasharde opstelling van de Trojka ging dan ook aan ‘elke ziel voorbij’. Ook in Nederland heerste een collectieve anti-Griekenland-stemming. ‘De druk moet máximaal zijn’, fulmineerde onze minister van financiën, zielsonwetend van wat dit met ménsen zou doen. Wie ‘aan zijn ziel voorbij gaat, haar aan de kant zet’, wordt in zekere zin gewetenloos. Met ouderen, jongeren, armen en werklozen binnen de Griekse bevolking werd geen enkele rekening gehouden, met alle ellende van dien.
(bit.ly/trojka-beleid & bit.ly/imf-excuus)
In onszelf
In de spirituele filosofie staat ‘slaap’ voor het mechanische leven dat de mensheid merendeels leidt: een leven vol werk, dromen, verlangens, behoeftebevrediging, materialisme en onderwerping, en vaak in het volgen van ideologieën en verslavingen (De serie Vammena Kokkina Mallia gaat over dit soort mensen). Mensen ‘in slaap’ zijn niet in staat om mentale en emotionele mechanismen te overstijgen die een innerlijke transformatie in de weg staan. Voor innerlijke ontwikkeling – om een zogenaamd ‘waar’ mens te worden (ge‘real’iseerd), verlost van verbeeldingen, identificaties en ego-manifestatie – is het nodig ‘wakker’ te worden en elk aspect van ‘onze levensloop goed in het oog te houden’. Terwijl onze ziel slaapt, schrijft ‘de ander’ geschiedenis: Die ‘ander’ die geschiedenis schrijft, staat voor hetgeen wij in wezen niét zijn, maar waarvan we steeds dénken het te zijn: ons zelfbeeld of imago, dat zich individueel, maar vooral ook collectief geïdentificeerd uitdrukt in trends, hausses en politieke of religieuze -ismen, en in handelingen vanuit zelfrechtvaardigings-strategieën. Daarmee kunnen we werkelijk ‘ons leven op het spel zetten’, zoals te zien is aan (verbaal) geweld, aan onderdrukking op wereldschaal, en aan alle doden die vallen door ruzie, strijd, oorlogen en verslavingen.
Terwijl we ‘slapen’ kan er nauwelijks sprake zijn van het geven van (onvoorwaardelijke) liefde, dus ‘geven we altijd te weinig’. We zijn veelal op onszelf gericht en op onze eigen beperkte omgeving. Alleen als we beseffen dat we ‘er niets voor terugkrijgen’, in de zin van eigen verdienste of beloning, zullen we liefde kunnen geven en weggaan. We gaan dan niet langer ‘aan onze ziel voorbij’, die uit is op verbondenheid en in staat is om onvoorwaardelijk lief te hebben, waartoe het ego niet in staat is. Dan blijkt dat onze ziel toch veel terugkrijgt, want onbaatzuchtig geven is op een dieper niveau ontvangen: Het maakt intens gelukkig.
Omdat ‘wat is voorbeschikt en ons niet kan ontgaan’ is er vroeg of laat geen ‘theorie’, geen ’trein of schip’ als ‘vervoermiddel’, waarmee we om onze zielsbevrijding heen kunnen, en daarmee ‘worstelt eenieder naar beste weten en kunnen’. Het leven test ons voortdurend!