Hoe zit het met gedachten en gevoelens?
Er wordt vaak beweerd dat gedachten gevoelens oproepen en daardoor wordt ‘het denken’ vaak als iets ongewenst beschouwd. Gedachten kunnen zeker gevoelens oproepen, zeker als ze worden herhaald of opgevoerd door een malende geest. Dan leiden ze (vaak) tot onvrede maar kunnen ook (minder vaak) tot plezier of binnenpretjes leiden.
In het moment echter, voornamelijk in interactie met anderen, en in die momenten dat we minder ‘wakker’ zijn en dan vrijwel automatisch reageren op onze omgeving, is ons gevoel altijd eerst. Ze wordt getriggerd door iets buiten ons. Ons gevoel werkt zo verschrikkelijk veel sneller dan onze gedachten. Ons gevoel is zoveel sneller dan onze Rede. Een gedachte kan er dus niet aan vooraf gaan.
Ouspensky scheef dat het gevoel duizenden malen sneller is dan de rede, maar dit is niet uit te rekenen helaas. Ik heb wel ervaren dat het gevoel heel veel sneller is dan dat gedachten kunnen opkomen en dat het altijd, net als intuïtief aanvoelen vanuit ons onderscheidingsvermogen (Buddhi), de impuls is tot wat er allemaal mentaal uit voortkomt.
Onze snelle gevoelsreactie op bijvoorbeeld een vervelende opmerking of ongewenste situatie wordt door ons zeker wel gevoeld, maar in onbewuste staat niet echt waargenomen. We voelen dus iets, door een of andere aanleiding, en onze mind gaat dit snel en associatief proberen te duiden om in onze comfortzone te blijven, waardoor allerlei gedachten op gang komen. Dit oorspronkelijke en onbegrepen – want niet goed waargenomen – gevoelssignaal wordt hierdoor opgestapeld met allerlei sub-gevoelens. Daarom zegt men vaak dat gedachten gevoelens creëren. Dit lijkt te kloppen als we in ‘wakende slaap’ verkeren, maar het is dus eigenlijk andersom, en dit kunnen we alleen opmerken als we in zelfherinnering en dus klaarwakker zijn. We roepen met die gedachten(stromen) secundaire gevoelens op, zoals wrevel, boosheid en agressie, maar ook terneergeslagenheid, depressie en angst.
De gedachte is niet bij machte in Nu ‘zomaar’ een sterk gevoel op te roepen, want onze mind (Manas) is altijd associërend n.a.v. een impuls, vaak iets buiten ons. Ons denken in onbewustheid kan niet anders. Onze onbegrepen gevoelsimpuls komt van binnenuit en werd getriggerd door iets van buitenaf, een of andere aanleiding: we krijgen als het ware een ‘gevoels-steek-onder-water’ die we niet begrijpen en vaak zelfs niet eens echt waarnemen. We worden geraakt in ons diepste gevoelscentrum. Vaak reageert het gevoel op iets ‘ouds’ dat door een nieuwe situatie wordt opgeroepen. Onze gedachten doen vervolgens een poging om het ongemakkelijke gevoel te snappen of te duiden, om het een plaats te geven, vooral om weer terug te kunnen keren in de comfortzone. Hierdoor blijven we onbewust van de oorspronkelijke (oh zo belangrijke) gevoelsimpuls. We voelen dan slechts de oppervlakkige (secundaire) gevoelens opkomen, die door onze gedachten worden opgeroepen en aangejaagd.
Ons reageren zal vervolgens zijn gericht op de trigger, de aanleiding van ons geraakt-zijn, en niet op de onderliggende werkelijke oorzaak, wat dus bijvoorbeeld iets heel ouds kan zijn. Zo zullen we ons gevoel op de ander of de situatie die ons triggert gaan projecteren. Dan richten we ons naar buiten in plaats van naar binnen, met boosheid, verontwaardiging, enzovoort. Vrijwel elk conflict ontstaat uit dit mechanisme dat door ons niet wordt waargenomen. Nemen we het eenmaal waar, met onze Waarnemer, dan zal langzaamaan onze innerlijke houding ten opzichte van de wereld veranderen en komen we niet langer in conflict met onszelf en de buitenwereld.
Stil worden
Daarom is het belangrijk om bij het eerste gevoel ‘stil’ te staan, er niet in te ‘bewegen’ (niet erover te denken, niet gelijk reageren) en zo mogelijk waar te nemen wat de óórsprong is van dit gevoel, wat dus iets anders is dan de aanleiding ervan op dat moment. Dit kun je door oefening (na verloop van tijd) onmiddellijk doen zonder dat het jouw interactie in het moment erg verstoort of ophoudt: >waarnemen >herkennen >juist reageren, en het inzicht (of de vraag ‘wat gebeurt er in mij?’) eventueel ‘parkeren’ voor een later reflectief moment waarin het in stilte doorvoeld en begrepen kan worden. Zo zullen gevoelens hun ware functie kunnen gaan vervullen. Ze zijn namelijk boodschappers vanuit onze essentie en vertellen ons wat we op dat niveau dienen te begrijpen. Gevoelens zijn de taal van onze ziel.
Gevoelens leveren ons zeer waardevolle informatie over onszelf, over onze persoonlijke vorming, en ons denken kan functioneel worden ingezet om alles te duiden. Ik bedoel hier functioneel denken (ons magnifieke geestelijke instrument Manas) dat in volle waarneming associeert, zo informatie ‘binnenhaalt’ (Citta) en onderzoekt. Dit denken is intelligent en creatief. Het vindt dingen uit en deduceert en distilleert. Het schoont verwarring en onduidelijkheden op. In Stilte leidt het ons via ‘snappen’ (hoofd) naar ‘begrijpen’ (hart) en dus in aanvaarding naar ware kennis over onszelf.
Gevoelens negeren en/of wegredeneren is onverstandig en het weerhoudt ons dan ook van essentiële informatie over hoe we heel en onverdeeld kunnen worden. Het houdt ons in slaap en ons ego (d.w.z. onze identificaties) in stand. We hebben gevoelens niet om ze met ons verstand weg te redeneren. Ze hebben een functie. Geen enkel gevoel mogen we met ‘spiritueel inzicht’ onder de mat vegen. We dienen ze te leren begrijpen.
Negatieve gevoelens ongebreideld uiten is ook onverstandig, want het blokkeert onze mogelijkheid ze waar te nemen, te begrijpen en te herwaarderen, waardoor ze niet zullen oplossen en onze innerlijke onvrijheid blijft gehandhaafd. Stop dus met het uiten van negativiteit. En begin met ongewenste innerlijke mechanismen en automatismen op te geven en op te dragen.
Onze negatieve gevoelens zijn niet of fout of goed, ze hebben namelijk een belangrijke functie. Onze gevoelens, positief of negatief, zijn de taal van onze essentie. Maar goed en fout kunnen we altijd zien in het licht van ons doel: innerlijk vrij worden. Wat ons dichter bij dit doel brengt is dus goed, en wat ons ervan verwijdert, fout.
Fout is het om deze gevoelens niet onder ogen te zien, ze niet te onderzoeken op de werkelijke oorzaak van dat we ze voelen, wat iets anders is dan de directe aanleiding, de trigger. Want dan zullen we onze onvrede op anderen gaan projecteren (of als afwijzing op onszelf). Anderen, die dan van de weeromstuit door gevoelens in ditzelfde innerlijke drijfzand terecht komen, zullen de spanning verder aanjagen. Zo ontstaan strijd en oorlog. Dit kan natuurlijk alleen in onbewustheid plaatsvinden, in identificaties met ideeën over mijzelf of over anderen.
Goed is het om deze gevoelens daadwerkelijk (in een werkelijk doén dus) te voelen, in een diepe gedachten-stilte, waargenomen door de wakkere Waarnemer in ons. Dan zullen oorzaken van gevoelens mogelijk in onze geest opkomen, omdat onze Manas (ons associatievermogen) vanuit Citta (ons collectieve en persoonlijke geheugen) dan zuiver associeert en het gevondene aan onze Buddhi (ons hoogste onderscheidingsvermogen) voorlegt. Uit de ware en bevrijdende inzichten die we hieruit verkrijgen, ontstaat enerzijds grote innerlijke kracht, én anderzijds relativeert het ons in negativiteit verkerende ‘ikje’ dat geneigd is die gevoelens te uiten middels projecties en afkeuring.
Het is niet verkeerd om ook positieve gevoelens op deze manier in stilte waar te nemen. Alle gevoelens die ons in grote beweging brengen en dus uit een innerlijk stilte, zullen we moeten gaan zien en gaan herwaarderen op wat ze ons vertellen en/of op wat ze werkelijk waard zijn..